In dit artikel laten we je de meest voorkomende verlofregelingen zien en hoe je ze kunt configureren.
Lees hier hoe je stap voor stap verlofregelingen kunt configureren.
Best practice 1: 30 dagen per jaar (met wachttijd, per maand pro rata)
De medewerker ontvangt de gehele jaarlijkse verlofaanspraak vanaf de aanstellingsdatum; dit is inclusief de pro rata berekening gedurende de eerste zes maanden van het dienstverband (sectie 4 van de Duitse Federale Verlofwet).
Tijdens de wachttijd ontvangt de medewerker zijn of haar eerste verlofdagen (in dit voorbeeld: 2,5) op de laatste dag van de werkmaand. Niet-opgenomen vakantiedagen worden pas na afloop van de eerste zes maanden toegekend.
Best practice 2: 30 dagen per jaar (zonder wachttijd, per maand pro rata)
De medewerker ontvangt de gehele jaarlijkse verlofaanspraak vanaf de aanstellingsdatum. Door de instelling Per maand pro rata te selecteren, krijgt de medewerker alleen vakantiedagen toegekend voor volledig gewerkte maanden van het dienstverband (01-31).
Best practice 3: 30 dagen per jaar (zonder wachttijd, per dag pro rata)
Volgens de regeling die in best practice 2 wordt beschreven, zullen medewerkers die in de loop van de maand in dienst treden (bijv. op 15 september) slechts 7,5 vakantiedagen voor het lopende jaar ontvangen (geen recht op vakantie voor de maand september, maar wel 2,5 dagen voor de maanden oktober, november en december), omdat ze niet de hele maand september hebben gewerkt. Als er voor die eerste halve maand van het dienstverband vakantie wordt toegekend, kun je een Per dag pro rata berekening toepassen; de vakantie wordt dan automatisch pro rata berekend.
Best practice 4: 2,5 dagen per maand (werkstudenten en stagiairs)
Tijdens de duur van zijn of haar dienstverband ontvangt de medewerker elke maand vakantiedagen. Deze verlofregeling is vooral geschikt voor medewerkers aan wie geen jaarlijkse vakantie zal worden toegekend, zoals werkstudenten en stagiairs.
In dit voorbeeld berekent Personio de verlofrechten voor de eerste maand van het dienstverband op basis van een dagtarief. Een medewerker die bijvoorbeeld op de 15de van een maand in dienst is genomen, krijgt dus voor die eerste maand verlofdagen naar rato toegekend.
Best practice 5: 28 dagen per jaar (wachttijd), te vermeerderen aan het begin van de volgende verlofperiode
Tijdens de wachttijd ontvangt de medewerker de maandelijkse verlofdagen naar rato, en er komt één dag bij op het moment dat de verlofaanspraak wordt toegekend.
In dit voorbeeld ontvangt de medewerker gedurende de eerste zes maanden van het dienstverband elke maand recht op vakantie. Bij het toekennen van een nieuwe verlofregeling krijgt de medewerker een extra vakantiedag.
Best practice 6: 10 dagen gedurende 6 maanden vanaf de aanstellingsdatum
In dit voorbeeld ontvangt de medewerker verlofrechten voor een dienstverband voor bepaalde tijd van 6 maanden. Voor die periode worden er 10 vakantiedagen toegekend, vanaf de aanstellingsdatum. Dit betekent dat voor de optie Begin dienstverband, de optie Geen pro rata berekening moet worden geselecteerd.
Deze methode kan nuttig zijn voor uitzendkrachten en stagiairs die gedurende een bepaalde periode een bepaald aantal dagen krijgen.
Best practice 7: 0 dagen waarbij een aantal dagen handmatig wordt toegewezen
In dit voorbeeld krijgt de medewerker handmatig een bepaald aantal vakantiedagen toegewezen, afhankelijk van de gewerkte uren. Dit kan bijvoorbeeld nuttig zijn voor stagiairs en voor flexi-jobbers die op flexibele uren per week werken en bijgevolg geen vast aantal verlofdagen hebben.
Aan een flexi-jobber kunnen bijvoorbeeld dagen worden toegewezen op basis van het aantal uren dat hij of zij de laatste drie maanden heeft gewerkt. Je kunt dit doen door het verlofsaldo aan te passen met het gewenste aantal.